IPA Maatschappelijke Ondersteuning
De Impact op Participatie en Autonomie van maatschappelijke ondersteuning (IPA-MO) is een vragenlijst om redzaamheid en participatie te meten.
Het SCP beschrijft de IPA-MO als volgt:
“De IPA-MO vragenlijst meet hoe mensen met een beperking, in de context van de informele en institutionele ondersteuning die zij hebben, functioneren in huiselijke kring en in de bredere maatschappij. Het basisidee is dat aan mensen wordt gevraagd of ze het leven kunnen leiden zoals zij dat willen. De IPA-MO richt zich daarmee op outcome. In de IPA-MO is een aantal levensterreinen opgenomen: mobiliteit, zelfverzorging, tijdsbesteding, sociale relaties, maatschappelijke participatie, werk en inkomen.” (SCP. 2016. Overall rapportage Sociaal Domein – Rondom de transitie)
De IPA-MO is bedoeld om de effecten van sociaal beleid te meten: in hoeverre kunnen cliënten in het Sociaal Domein zich redden in het dagelijks leven, zelfstandig wonen en deelnemen aan de samenleving met de ondersteuning die zij hebben? Het instrument is een doorontwikkeling van Impact op Participatie en Autonomie (IPA): een gevalideerde vragenlijst, waarmee mensen met een beperking rapporteren hoe zij functioneren in het dagelijks leven. Ze rapporteren daarbij over hun eigen participatie en autonomie. ‘Participatie’ in de IPA is gebaseerd op de Internationale Classificatie van het menselijk Functioneren (ICF), waarmee de Wereld Gezondheidsorganisatie het verouderde medische begrip ‘handicap’ heeft vervangen door het bredere, sociale perspectief van deelname aan het maatschappelijk leven. Autonomie (IPA) voegt een persoonlijke dimensie toe aan het begrip participatie: respect voor de wensen, keuzen en activiteiten van mensen zelf. Niet de mate van hulp(middelen) staat centraal, maar de mate van autonomie: in hoeverre kunnen mensen met een beperking zelf bepalen hoe zij hun leven leiden?
De vragenlijst beslaat acht leefdomeinen: taken thuis, mobiliteit, zelfverzorging, sociale contacten, financiën, vrijetijdsbesteding, werk en opleiding. Aan de hand van concrete, praktische vragen antwoorden mensen hoe zij functioneren met de beschikbare ondersteuning. Ter illustratie: als iemand slecht ter been is maar met de scootmobiel kan gaan en staan waar hij wil, is zijn mobiliteit goed. De vragen zijn in toegankelijk taalgebruik gesteld en geschikt voor een brede doelgroep. Bijvoorbeeld ‘Het bezoeken van buren, vrienden en kennissen wanneer ik dat wil gaat: zeer goed – goed – redelijk – matig – slecht’. Als laatste wordt gevraagd in hoeverre iemand vindt dat hij/zij het leven kan leiden zoals hij/zij wil (kwaliteit van leven) en welke leefdomeinen daarbij het meest van belang zijn.
Naast de gebruikelijke achtergrondkenmerken (leeftijd, geslacht, woonvorm) inventariseert de IPA-MO ook welke ondersteuning de respondent heeft van familie/vrienden en vrijwilligers, en door inkoop van servicevoorzieningen (bijvoorbeeld particuliere huishoudelijke hulp, maaltijdservice), gebruik van algemene voorzieningen, hulpmiddelen en maatwerkvoorzieningen (huishoudelijke hulp thuiszorg, vervoers-ondersteuning, individuele begeleiding, dagbesteding, schuldhulpverlening, etc).
Resultaten
De respons van individuele cliënten wordt verwerkt tot resultaten op populatieniveau:
a. gemiddelden voor ervaren functioneren op elk leefdomein en kwaliteit van leven
b. gebruik van diverse vormen van ondersteuning (uitgedrukt als % populatie)
a) vorm instrument
De IPA-MO is een vragenlijst die als hard copy of online kan worden uitgezet. Tot nu toe is gebruik gemaakt van papieren vragenlijsten om een brede toegankelijkheid voor de doelgroep veilig te stellen. Een combinatie analoog/online is mogelijk maar tot nu toe niet toegepast i.v.m. kostenbeheersing.
b) aanpasbaarheid / maatwerk / open source
De achtergrondvragen kunnen worden aangepast aan de lokale werkelijkheid. Met name voor de inventarisatie van ondersteuningsvormen is het nuttig om de lijst van voorzieningen af te stemmen op de lokale context. Dat vergroot de herkenbaarheid voor respondenten en specifieke aandachtspunten vanuit gemeentelijk beleid kunnen zo worden geborgd.
De vragen over de leefdomeinen en kwaliteit van leven vormen een gevalideerd instrument en worden in principe niet aangepast. Bijkomend voordeel is dat daarmee ook vergelijking tussen gemeenten mogelijk is (benchmark).
c) kosten gebruik
De vragenlijst en instructies voor gebruik en verwerking zijn kosteloos beschikbaar. Voor de uitvoering van een IPA-MO meting huren gemeenten doorgaans een extern bureau dat ervaring heeft met dit instrument.
d) uitvoering
Gemeenten kunnen een IPA-MO meting in eigen beheer uitvoeren maar kiezen er doorgaans voor om die uit te besteden aan een extern bureau dat dit instrument aanbiedt. Aansluitend op het onderzoek naar Uitkomststuring in de Wmo hebben Berenschot Onderzoek en Advies en Nyfer in diverse gemeenten het cliëntperspectief rond zelfredzaamheid en participatie in kaart gebracht met behulp van de IPA-MO. De kosten van een onderzoek variëren, afhankelijk van de omvang van de onderzoekspopulatie, van 20.000 tot 25.000 euro.
Acht gemeenten hebben een nulmeting met het instrument laten uitvoeren onder cliënten Sociaal Domein (Wmo en Participatiewet), voorafgaand aan de invoering van de Wmo 2015. Inmiddels hebben drie van deze gemeenten ook een 1-meting laten uitvoeren onder deze cliënten. Daarnaast is de vragenlijst in enkele gemeenten gebruikt bij een verdiepend onderzoek naar het cliëntperspectief van de Beschut Wonen populatie en de financiële redzaamheid van cliënten Sociaal Domein.
De IPA-MO komt voort uit het onderzoek “Uitkomststuring in de Wmo” voor het Transitiebureau Invoering Wmo, waarin de eisen voor een ‘zelfredzaamheidmeter’ zijn geformuleerd en bestaande, gevalideerde instrumenten zijn gescreend. op geschiktheid. Het instrument Impact op Participatie en Autonomie (IPA) kwam als beste optie naar voren. De IPA is in de jaren ’90 ontwikkeld vanuit de revalidatiegeneeskunde en meet in hoeverre mensen met een handicap weer kunnen functioneren in het dagelijks leven met de ondersteuning en hulpmiddelen die zij hebben gekregen. Het instrument is gevalideerd en wordt toegepast in binnen- en buitenland. In overleg met gemeenten zijn vragen toegevoegd.
Om de validiteit van de IPA-MO te toetsen is deze ingevuld door ca. 500 thuiszorgcliënten in vier regio’s van het land. Het betrof voornamelijk ouderen met fysiek-somatische beperkingen. Aan de hand van de resultaten heeft de Utrecht School of Economics (Universiteit van Utrecht) de betrouwbaarheid en validiteit van het instrument bevestigd.
In twee onderzoeken is tevens vastgesteld dat het merendeel van de vragen van de IPA-MO ook begrijpelijk is voor mensen met een (licht) verstandelijke beperking. De meeste cliënten konden de vragen begrijpen en beantwoorden. Daarbij is wel vaak ondersteuning nodig in de vorm van vraagverheldering.
In 2017 is een validatiestudie van de IPA-MO uitgevoerd op basis van de gegevens van ruim 4000 cliënten van de Wmo en (langdurige) Participatiewet, in samenwerking met de Utrecht University School of Economics. Hieruit blijkt dat het instrument valide en betrouwbaar is voor de volgende doelgroepen:
- mensen met ernstige fysiek-somatische beperkingen
- mensen met psychosociale beperkingen
- mensen met verstandelijke beperkingen
- mensen met lichte fysiek-somatische beperkingen
- langdurig bijstandsgerechtigden.
De validiteit van het instrument is eveneens bevestigd bij een onderverdeling naar leeftijdscategorieën (conform de levensfase benadering).
Uit de validatiestudie komen zes participatiedomeinen naar voren: autonomie binnenshuis, familie rol, autonomie buitenshuis, financiële redzaamheid, sociale contacten&relaties en werk&opleiding.
Berenschot, L. 2013. Zelfredzaamheid en participatie bij cliënten van Aveleijn - resultaten van een pilot-onderzoek. Nyfer
Berenschot, L . 2014. Stabiliteitsanalyse IPA bij lvb cliënten. Resultaten van een test-hertest analyse bij cliënten van Aveleijn, Enschede. Nyfer
Berenschot L en L van der Geest. 2014. Sturen op uitkomsten in de Wmo – investeren in maatschappelijke participatie. www.nyfer.nl
Berenschot, L en L van der Geest. 2015. Ervaren Redzaamheid en Participatie – benchmark nulmetingen. www.nyfer.nl
Berenschot, L., & Grift, Y. (2017). Measuring participation of social-support clients. Validity and reliability of IPA-MO. Discussion Paper Series nr: 17-21.
Cardol. M. 2004. Handleiding vragenlijst IPA. www.nivel.nl/pdf/INT-handleiding_vragenlijstIPA.pdf
Hogeschool Zuyd. Toelichtingsformulier instrument Impact op Participatie en Autonomie (IPA). www.meetinstrumentenzorg.nl
Nyfer, USE. 2014. Statistische analyse IPA voor thuiszorgpopulatie.
Deze beschrijving is opgesteld door Lucienne Berenschot, Berenschot Onderzoek en Advies. Zij was hoofdonderzoeker in het onderzoek Sturen op Uitkomsten in de Wmo en heeft, in samenwerking met bureau Nyfer, kwantitatieve en kwalitatieve onderzoeken met de IPA-MO uitgevoerd voor diverse gemeenten.
Voor meer informatie over de IPA-MO kan contact worden opgenomen met Berenschot Onderzoek en Advies (nl.linkedin.com/pub/lucienne-berenschot/29/a72/527/) en/of Nyfer (www.nyfer.nl).
Contactpersoon: Lucienne Berenschot
E-mail: berenschot.onderzoek@gmail.com